PDF Opties

2. Het financieel perspectief

De jaarrekening 2023 sluit met een ruim positief saldo. In hoofdzaak door rijksinkomsten uit de decembercirculaire 2023 en de gelden uit de specifieke uitkering bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne voor 2022 en 2023, die niet terugbetaald hoeven te worden aan het Rijk. Daarmee kan de € 10 miljoen onttrekking aan de reserves in 2023 weer worden aangevuld.

Voor het financiële beeld is dit representatief. Met incidenteel geld van het Rijk hoeven we niet in te teren op de reserves. Het meerjarenperspectief van de gemeente is toch zorgelijk. De begrotingsruimte 2024 tot en met 2025 is positief en 2026 is sluitend gemaakt door een flinke reserve inzet. De jaren erna zijn ruim negatief en inmiddels ook meer dan de korting van het gemeentefonds. Dit wordt veroorzaakt door de trend van de afgelopen jaren: de uitgaven sociaal domein houden geen gelijke tred met de rest van de begroting en vragen dus steeds meer geld ten koste van de andere beleidsterreinen. Het Rijk komt de gemeente ook op dit punt niet tegemoet. Het Rijk heeft zoals bekend het voornemen om vanaf 2026 een greep uit de kas van het gemeentefonds te doen. In de toekomstscenario’s wordt geanticipeerd op die situatie. De geïnventariseerde maatregelen zijn toch over het algemeen buitengewoon ongewenst.

In deze Voorjaarsnota hebben we de structurele effecten van de jaarrekening verwerkt. Daarnaast zijn onvermijdelijke ontwikkelingen meegenomen zoals de stijgende kosten van de jeugdzorg (inclusief een taakstelling), de stijgende CAO, inflatie- en energieprijzen, hogere noodzakelijke uitgaven verbonden partijen en gesubsidieerde instellingen en onderhoud aan de openbare ruimte. Het was nodig hier een dekkingsplan voor te maken, omdat de stelpost loon- en prijsontwikkeling volledig was benut.

De stelposten Groei van de gemeente en Investeringsagenda zijn ingezet voor noodzakelijke investeringen voor een goede groei van de gemeente.

U wordt voorgesteld om de onvermijdelijke ontwikkelingen, jaarrekeningeffecten, indexatie(s), voorstel voor de invulling van de stelpost groei van de gemeente (formatie) en investeringsagenda, het dekkingsplan en de uitgangspunten van de begroting (zie bijlage III) te verwerken in de lopende begroting 2024 en de meerjarenbegroting 2025-2028.

In deze Voorjaarsnota zijn er toekomstscenario's voorbereid voor de jaren 2027 en 2028, die vragen om keuzes als het Rijk de ingezette koers doorzet.

In onderstaande tabellen kunnen afrondingsverschillen zichtbaar zijn. Wij corrigeren deze niet handmatig.

Samengevat ziet het beeld van de meerjarenbegroting er als volgt uit:

(+/+ = voordeel en -/- is nadeel, bedragen x € 1.000)

2024

2025

2026

2027

2028

Stand begroting 2024 (inc. 1e wijziging)

354

394

-10.374

-12.712

-12.712

12e wijziging primitieve begroting 2023 (raadsbesluit 1588459): aanvullend krediet Zwembad

-

175

-

-

-

2e wijziging op de primitieve begroting 2024 (raadsbesluit 1589249): Najaarsnota 2023

195

194

190

3.656

3.656

A. Vertrekpunt Voorjaarsnota 2024

548

763

-10.183

-9.056

-9.056

B. Voorstellen op basis van eerder besluitvorming college en raad

-85

-85

-85

-85

-85

C. Jaarrekening effecten 2023

3.699

1.990

1.290

1.190

490

D. Autonome ontwikkelingen

-4.869

-3.124

-3.962

-4.753

-3.588

E. Indexering

-627

-1.254

-1.145

-462

-462

F. Groei van de gemeente (formatie)

-297

62

-15

40

15

G. Investeringsagenda

-

-193

290

465

184

H. Dekkingsplan

1.690

1.852

13.854

1.731

575

Stand Voorjaarsnota 2024 (beschikbare ruimte)

59

10

43

-10.930

-11.927

B. Reeds genomen besluiten college en raad

B.

Voorstellen op basis van eerder besluitvorming college en raad (bedragen x € 1.000)

Krediet

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1

Beheerslasten startersleningen (raadsbesluit 1589306)

03. Wonen

-6

-6

-6

-6

-6

S

2

Nota Dierenwelzijn 2024-2028 (raadsbesluit 1587859)

06. Beheer openbare ruimte

-70

-70

-70

-70

-70

S

3

Verwerving Plantsoenstraat 36 en sloop opstallen bij de Schapenmarkt (raadsbesluit 1592328)

735

07. Ruimtelijke ordening

-9

-9

-9

-9

-9

S

Totaal reeds besloten

735

-85

-85

-85

-85

-85

Na het vertrekpunt van deze Voorjaarsnota zijn er nog besluiten geweest met financiële consequenties. Deze worden hieronder nader toegelicht.

1. Bijstorting startersleningenfonds

De gemeenteraad heeft € 7 miljoen ter beschikking gesteld voor het Startersleningenfonds voor de komende 2jaar (besluit 1583306). Voor de voeding van het fonds wordt geld geleend. De hogere beheerskosten die Purmerend jaarlijks aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn) moet betalen, zijn hiervoor structureel ingerekend.

2. Nota dierenwelzijn

De raad heeft de Nota Dierenwelzijn 2024-2028 vastgesteld (besluit 1587859), die zich richt op het gehele dierenwelzijn in de gemeente en aansluit op andere wetgeving, gemeentelijk beleid en extra inzet op ecologie en biodiversiteit. Veel acties uit de vorige nota zijn afgerond, opgepakt of in gang gezet. Zo heeft er een evaluatie plaatsgevonden van het hondenbeleid, zijn Beemster en Purmerend gefuseerd, vindt er een aanbesteding plaats voor een dierenopvang en zijn bepaalde richtlijnen veranderd. Behalve nieuwe richtlijnen beschrijft de nota ook punten om dierenwelzijn te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Aan het aannemen van de Nota Dierenwelzijn zijn extra kosten verbonden van structureel € 70.000.

3. Verwerving Plantsoenstraat 36 en sloop opstallen bij de Schapenmarkt (krediet € 735.000)

In het kader van de ontwikkeling van de Schapenmarkt heeft de gemeenteraad besloten tot verwerving van het pand aan de Plantsoenstraat 36. De raad heeft een (uitvoerings-)krediet beschikbaar gesteld van € 735.000 voor de aankoop van de Plantsoenstraat 36, de sloop van de panden en de tijdelijke inrichting van de locaties (besluit 1592328). De huidige verwervings- en sloopkosten zijn beoogd om uiteindelijk te worden ingebracht in de te openen grondexploitatie. Omdat er nog geen grondexploitatie is, leidt dit krediet tot hogere rentelasten in de begroting.

C. Jaarrekeningeffecten

Onderstaande ontwikkelingen zijn naar voren gekomen bij het opstellen van de jaarstukken 2023.

C.

Jaarrekeningeffecten 2023: onderuitputtingsanalyse (bedragen x € 1.000)

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1

Energietoeslag uitgegeven in 2023

02. Samenleving

709

-

-

-

-

I

2

Onderuitputting

Diverse programma's

1.990

1.990

1.290

1.190

490

S

3

Vrijval kapitaallasten 2023-2024

Diverse programma's

1.000

-

-

-

-

I

4a

Budgetoverheveling 2023-2024

Diverse programma's

-13.765

-

-

-

-

I

4b

Dekking budgetoverheveling: uit algemene reserve/rekeningsresultaat (onttrekking)

Diverse programma's

13.765

-

-

-

-

I

Totaal jaarrekeningeffecten

3.699

1.990

1.290

1.190

490

1. Energietoeslag 2023

Voor het uitbetalen van de energietoeslag is in 2023 een bedrag ontvangen van € 6.279.114. Bij de Najaarsnota 2023 (besluit 1589249) was duidelijk dat een deel van dit bedrag in 2024 zou worden betaald en is er een inschatting gemaakt van de uitbetaling van de energietoeslag 2023. Hierdoor is er een bedrag van ruim € 1,7 miljoen doorgeschoven voor de uitbetaling in 2024. Naar nu blijkt is er in 2023 € 0,7 miljoen meer energietoeslag uitbetaald dan voorzien. Het doorgeschoven bedrag naar 2024 is daardoor te hoog ingeschat en kan worden afgeraamd ten gunste van de begrotingsruimte.

2. Onderuitputting jaarrekening 2023

Gelet op de financiële krapte in de begroting is de jaarrekening 2023 doorgelopen op budgetten waar ruimte was ten opzichte van voorgaande jaren. Dat heeft geleid tot een lijst met de volgende onderwerpen. Het voorstel is deze budgetten te laten vrijvallen ten gunste van de begrotingsruimte.

2

Onderwerp (bedragen x € 1.000)

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

a

Sociaal rendement

160

160

160

160

160

S

b

Participatietrajecten

40

40

40

40

40

S

c

Bijdrage Werkom

140

140

140

140

140

S

d

Budgetbeheer en minimabeleid

50

50

50

50

50

S

e

Gronddepot opbrengsten

100

100

100

100

100

S

f

IOR civiele kunstwerken

600

600

350

350

-

I

g

IOR wegen

500

500

250

250

-

I

h

Vastgoed onderhoud

400

400

200

100

-

I

Totaal onderuitputting

1.990

1.990

1.290

1.190

490

De onderwerpen a-d doen zich voor op het beleidsveld Werk & Inkomen. Daar hebben zich in de afgelopen jaren voordelen in de jaarrekening voorgedaan en die worden nu deels ingerekend. Bij het gronddepot hebben zich hogere opbrengsten voorgedaan die als structureel worden beschouwd. Bij IOR en onderhoud gebouwen zien we onderuitputting doordat de werkvoorraad (budget) en de capaciteit nog niet volledig op elkaar zijn afgestemd. In deze Voorjaarsnota worden hiervoor ook formatievoorstellen gedaan. Het vraagt enkele jaren voordat budget en capaciteit volledig op elkaar afgestemd zijn. Daarom kan een deel van het budget worden aangewend voor de begrotingsruimte.

3. Vrijval kapitaallasten 2023-2024

Op basis van de jaarrekening kunnen de kapitaallasten 2024 worden bepaald. De grote investeringsopgave voor de komende jaren wordt gefaseerd uitgevoerd waardoor er een voordeel op de kapitaallasten ontstaat in 2024. In het dekkingsplan (onderdeel H) wordt vanaf 2025 rekening gehouden met een ophoging van de stelpost vertraagde investeringen.

4a/b. Budgetoverheveling 2023-2024

Voor een aantal onderwerpen in de jaarrekening is het nodig dat het budget van 2023 naar 2024 gaat voor de afronding van werkzaamheden. Dit wordt ter besluitvorming aan de raad voorgelegd bij de jaarrekening. Het betreft de volgende onderwerpen (bedragen x € 1.000):

Onderwerp (bedragen x € 1.000)

Programma

Bedrag

Afhandeling extra aanvragen Omgevingswet

01. Publiekdiensten

100

Implementatie Wet kwaliteitsborging bouwen (Wkb)

01. Publiekdiensten

149

Tijdelijk noodfonds  voor energie en huurstijgingen

02. Samenleving

418

Terugdringen kinderarmoede

02. Samenleving

165

Verhoging veiligheid Algemene Opvang Purmerend (AOP)

02. Samenleving

210

Maatschappelijke begeleiding inburgeraars

02. Samenleving

305

Uitbreiding scootmobielstallingen wooncorporaties

02. Samenleving

84

Steunpakket Covid-19 voor het brede maatschappelijk veld

02. Samenleving

74

Toegankelijkheid openbare ruimte en voorzieningen voor inwoners

02. Samenleving

154

Middelen ontheemden Oekraïne

02. Samenleving

10.000

Financiering ontwikkelbanen (middels inzet subsidie Europees Sociaal Fonds)

02. Samenleving

800

Verkeersveiligheid op de schoolroutes

05. Bereikbaarheid

75

Uitvoeringsprogramma Mobiliteitsplan

05. Bereikbaarheid

126

Herinrichting van IIsendijkstraat

05. Bereikbaarheid

179

Middelen invoering omgevingswet

07. Ruimtelijke ordening

346

Moties Beemster Stolpenbeleid en Vrijkomende Agrarische Bebouwing

07. Ruimtelijke ordening

137

Sfeermiddelen programma Binnenstad

07. Ruimtelijke ordening

146

Doorontwikkeling wijk Wheermolen

07. Ruimtelijke ordening

96

Onderzoek naar gevel Kaasmarkt 20

07. Ruimtelijke ordening

50

Ontwikkeling visie Oostflank

07. Ruimtelijke ordening

50

Economische uitvoeringsagenda

10 .Economie

103

Totaal met dekking uit algemene reserve/rekeningresultaat

13.765

D. Autonome ontwikkelingen

Hieronder treft u de weergave aan van een aantal ontwikkelingen die voldoen aan het criterium noodzakelijk en derhalve in de begroting 2024 moeten worden verwerkt. De ontwikkelingen kennen veelal een structureel karakter en betreffen bijramingen van bestaande begrotingsposten.

D.

Autonome ontwikkelingen (bedragen x € 1.000)

Krediet

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1a

Nadeel jaarrekening Jeugd en formatie lokale jeugdzorg

02. Samenleving

-3.987

-4.188

-4.355

-5.155

-5.354

S

1b

Taakstelling Jeugd

02. Samenleving

1.500

1.750

2.000

2.250

2.500

S

2

Subsidie Reuring festival

02. Samenleving

-50

-50

-

-

-

I

3

Wet Energiebesparingsplicht en zwemwater

777

02. Samenleving

-150

-150

-150

-150

-150

S

4

Verbeteren verkeersveiligheid kruising Burg. D. Kooimanweg - Flevostraat

120

05. Bereikbaarheid

-

-6

-5

-5

-5

S

5

Verkeersaanpassingen rondom kindcentrum De Vlieger

80

05. Bereikbaarheid

-

-4

-4

-4

-4

S

6

Onderzoeksbudget voorbereiden investeringen mobiliteit

05. Bereikbaarheid

100

-100

-100

-100

-

I

7

Actualisatie onderhoud bruggen, duikers, bewegwijzering, steigers etc.

5.309

06. Beheer openbare ruimte

-625

-275

-353

-539

371

S

8

Vervanging en energielasten openbare verlichting

1.473

06. Beheer openbare ruimte

-200

-200

-223

-245

-257

S

9

Kooimanpark op A-niveau

06. Beheer openbare ruimte

-55

-55

-55

-55

-55

S

10

Onderhoud en huur diverse panden ruimte gebrek de Koog

06. Beheer openbare ruimte

-170

-132

-134

-136

-

I

11

Kwaliteitstoets van het over te dragen areaal HHNK

06. Beheer openbare ruimte

-378

-

-

-

-

I

12

Nieuwe deklaag voormalige stortplaats Trimpad (storm Poly)

06. Beheer openbare ruimte

-500

-

-

-

-

I

13

Ecologie

06. Beheer openbare ruimte

-100

-100

-100

-100

-100

S

14

Bestrijden oneigenlijk gebruik gemeentegrond en verkoop restgroen

07. Ruimtelijke ordening

-50

10

10

10

10

S

15

Toegangssysteem gemeentelijke panden

117

07. Ruimtelijke ordening

-

-

-

-13

-13

S

16

Inhaalslag WOZ waardering buitengebied

07. Ruimtelijke ordening/Overhead

-100

-100

-

-

-

I

17

Openbare orde, Jeugd en Veiligheid

08. Veiligheid

-205

-523

-538

-554

-570

S

18

WOO-formatie en anonimiseringstool

Overzicht overhead

-50

-103

-105

-108

-111

S

19

Hervormingsagenda jeugdzorg

Overzicht alg. dekkingsmiddelen

-

1.300

-

-

-

I

20

Dividend en risicoprovisie SVP

Overzicht alg. dekkingsmiddelen

150

-200

150

150

150

S

Totaal autonome ontwikkelingen

7.875

-4.869

-3.124

-3.962

-4.753

-3.588

1a/b. Uitvoering jeugdwet en formatie lokale jeugdzorg

Uit de Najaarsnota en de jaarrekening is een duidelijke stijging van de totale kosten jeugdzorg zichtbaar. Bijraming in de begroting 2024 is noodzakelijk. Wat betreft het aantal jeugdigen zien we alleen bij het onderdeel landelijke inkoop een stijging van het gemiddeld aantal jeugdigen. Bij de overige onderdelen zien we juist een daling van het aantal jeugdigen dat hulp nodig heeft, maar wel met een stijging van de kosten. Dat betekent dat een kleiner wordende groep steeds duurdere, intensievere en langdurigere zorg krijgt. We hebben te maken met een aantal jeugdigen dat in dure settingen (verblijf en maatwerk) zit en er langer verblijft dan verwacht. Daarnaast zijn vanwege de omvorming naar kleinschalige woonvormen de kosten voor verblijf gestegen.

Om de transitie lokale jeugdzorg verder vorm te geven c.q. te bestendigen, is het noodzakelijk dat het tot nu toe incidentele budget wordt omgezet in een structureel budget. De middelen zijn nodig om capaciteit uit te breiden ten behoeve van hulpverleners Loket Jeugd, gedragswetenschapper Loket Jeugd en beleid.

Het voorstel is om de budgetten te verhogen, terwijl er ondertussen scenario’s worden uitgewerkt met als uitgangspunt dat de kosten niet verder oplopen. Hiervoor is een taakstelling ingerekend. De gemeente kan deze stijging niet langer bekostigen en moet maatregelen nemen. De Hervormingsagenda en de oplopende kosten voor Jeugd dwingen ons om anders te kijken naar hoe we het beleidsveld Jeugd hebben ingericht. Door de zorgketen beter op elkaar af te stemmen voorzien we niet een direct maatschappelijk effect, maar wel dat we ons geld effectiever uitgeven. Hiervoor is nu een stelpost opgenomen die taakstellend is voor de inhoudelijke besparingen.

2. Subsidie reuring festival

Door de organisatie van het Reuring Festival wordt jaarlijks een financieel beroep op de gemeente gedaan. Mede hierdoor kan Reuring een voor inwoners gratis toegankelijk festival blijven. Jarenlang was deze gemeentelijke bijdrage, aangevuld met sponsoring, fondswerving en andere inkomsten, toereikend om in Purmerend een meerdaags cultureel festival te organiseren. Dit festival biedt een mix van landelijk bekende artiesten en lokaal talent, verspreid over de gemeente. Stichting Reuring Festival is afgelopen jaren geconfronteerd met gestegen lasten en tegenvallende inkomsten. Zo was het in 2023 enkele dagen erg warm, waardoor er minder bezoekers waren dan gebruikelijk. De indexatie van de subsidie is niet toereikend om het inmiddels structurele tekort op te vangen. Stichting Reuring verwacht een financieel tekort ter hoogte van € 50.000. Om de organisatie de ruimte te geven om het festival toekomstbestendig te maken, wordt voorgesteld om incidenteel € 50.000 beschikbaar te stellen voor de jaren 2024 en 2025. Deze subsidie wordt voorwaardelijk verstrekt, want als de inkomsten meevallen dan vloeit de subsidie terug.

3. Wet energiebesparingsplicht en zwemwater (krediet € 777.000)

Om te kunnen voldoen aan de nieuwe wettelijke duurzaamheidseisen (EML-wetgeving) zijn in verschillende accommodaties verplichte investeringen nodig. Deze investeringen zijn noodzakelijk vanwege de Erkende Maatregelenlijst energiebesparing (EML), die vereist dat grootverbruikers van energie duurzame maatregelen nemen om hun energieverbruik te minimaliseren. Deze maatregelen kenmerken zich doordat de investeringen zich binnen 5 jaar terugverdienen. Daarnaast is op 1 januari de nieuwe Zwemwaterwet in werking getreden. Hierdoor moet het Leeghwaterbad voldoen aan stengere eisen voor de kwaliteit van het zwembadwater- en de lucht. Spurd moet aan de overheid rapporteren over de genomen maatregelen en het functioneren van accommodaties. Bovendien dienen zwembaden die normen zelf te monitoren en bij (grote) afwijkingen het zwembad te sluiten voor de tijd dat die normen niet behaald worden. Dat betekent dat het Leeghwaterbad moet worden voorzien van sensoren en een systeem van monitoring. Voor investeringen (€ 777.000) en de bijbehorende exploitatielasten is het nodig om hiervoor jaarlijks een bedrag beschikbaar te stellen van € 150.000.

Omschrijving krediet

Totaal krediet
(x € 1.000)

Jaar van investering

LWB vervangen LKB en regeling

295

2024

LWB vervangen verlichting

-233

2024

LWB zoutelektro- en doseersysteem

250

2024

LWB warmteterugwininstallatie

75

2024

LWB bassin afdekking

250

2024

PV panelen diverse sportaccomodaties

140

2024

Totaal

777

4. Verbeteren verkeersveiligheid kruising Burg. D. Kooimanweg - Flevostraat (krediet € 120.000)

Er is onderzoek gedaan naar de verkeersveiligheid van de kruising tussen de Burgemeester D. Kooimanweg en de Flevostraat. Op een aantal onderdelen is gebleken dat het kruispunt verbeterd kan worden, waardoor de snelheid verlaagd wordt en de oversteekbaarheid van het kruispunt wordt verbeterd. Voor het uitvoeren van deze maatregelen is een uitvoeringskrediet nodig van € 120.000. De kapitaallasten zijn hiervoor structureel ingerekend.

5. Verkeersaanpassingen rondom kindcentrum De Vlieger (krediet € 80.000)

In samenspraak met kindcentrum De Vlieger, de buurt en onze mobiliteitsadviseur is een plan opgesteld om de veiligheid rondom het kindcentrum te verbeteren en de parkeerdruk te verlichten. Een deel van de kosten, € 90.000, kan gedekt worden uit het exploitatiebudget van beheer wegen, aangezien een deel van het plan het onderhoud van de weg betreft. Daarnaast wordt een subsidie aangevraagd bij Vervoerregio voor het verhogen van de veiligheid, die nog niet is ingerekend. Voor het andere deel wordt een uitvoeringskrediet aangevraagd van € 80.000. De kapitaallasten zijn hiervoor structureel ingerekend.

6. Onderzoeksbudget voorbereiden investeringen mobiliteit

In 2022 is het Mobiliteitsplan Purmerend opgesteld samen met de Vervoerregio Amsterdam (VRA). In december 2022 is het Mobiliteitsplan Purmerend vastgesteld door de gemeenteraad inclusief bijbehorend uitvoeringsprogramma. Dit plan heeft tot doel om de bereikbaarheid van de stad te blijven waarborgen tijdens de groei van de gemeente. Het programma bevat circa 40 projecten. Voor de voorbereiding van deze projecten is in veel gevallen nader onderzoek en studie noodzakelijk. Naast een verschuiving van € 200.000 bestaand budget van 2024 naar 2025, wordt er incidenteel voor 2026 en 2027 € 200.000 beschikbaar gesteld om verdere uitwerking te geven aan de projecten uit het Mobiliteitsplan. Hiervan dekt de Vervoerregio Amsterdam (VRA) circa 50% (€ 100.000) van de onderzoeks- en studiekosten.

7. Actualisatie integraal beheer openbare ruimte (krediet € 5.308.739)

Tijdens de inspecties is een beeld verkregen van de onderhoudstoestand en het functioneren van de onderdelen die in het beheersysteem zijn opgenomen. Hierbij is achterstallig onderhoud geconstateerd. Om deze achterstand in te halen en de beeldkwaliteit van niveau c naar niveau b te verhogen zijn investeringskredieten nodig van € 5.308.739. Ook wordt aanvullend beheerbudget IOR geraamd zodat het gewenste onderhoudsniveau blijft gehandhaafd. De kapitaal- en beheerslasten zijn hiervoor structureel ingerekend.

Omschrijving kredieten

Totaal krediet
(x € 1.000)

Jaar van investering

Wegen bewegwijzering

250

2024 en 2025

Beschoeiing

1.000

2028

Duikers

72

2028

Houten bruggen

2.160

2027 en 2028

Kade- en keermuren

-40

2024 tm 2026

Steigers

710

2027 en 2028

Stuwen

-

verschuiving 2025 naar 2027

Vaste bruggen

1.157

2025 tot en met 2028

Totaal

5.309

Exploitatielasten (bedragen x € 1.000)

2024

2025

2026

2027

2028

Kapitaallasten (kredieten)

-

-3

4

-1

34

Beheerlasten

625

278

349

540

-405

Totaal

625

275

353

539

-371

8. Energiekosten en vervanging openbare verlichting (krediet € 1.472.500)

Door gestegen energieprijzen is het huidige exploitatiebudget voor openbare verlichting niet toereikend. De stijging komt met name doordat de inkoopkosten bij TenneT (de landelijke netbeheerder) weer zijn gestegen. Liander betaalt voor het transport van de energie over het landelijke net van TenneT naar het regionale net van Liander. Deze transportkosten zijn verwerkt in de tarieven die Liander aan haar klanten in rekening brengt. In deze Voorjaarsnota is hiervoor een structureel bedrag opgenomen van € 200.000.

Door de openbare verlichting van het net van Liander te halen en hiervoor een eigen net aan te leggen kunnen we sneller reageren op kabelstoringen. Door de toepassing van LED-verlichting gaat het energieverbruik van de openbare verlichting omlaag, waardoor we besparen op de energiekosten en er minder lampreparaties zijn door defecte lampen. Voorgesteld wordt om kredieten beschikbaar te stellen voor de vervanging en verduurzaming van de openbare verlichting langs de van Osweg, de Grotenhuijsweg en de wijk Overwhere Noord. Het gaat hier om een bedrag van €1.472.500. De hogere structurele kapitaallasten vanaf 2026 zijn nu meegenomen.

Omschrijving krediet (bedragen x € 1.000)

Krediet
bedrag

Jaar van investering

Vervanging OVL wijk Overwhere Noord (afschrijving 25 jaar)

1.348

2025 tm 2028

Vervanging OVL de van Osweg en de Grotenhuijsweg (afschrijving 25 jaar)

125

2025

Totaal

1.473

Exploitatielasten (bedragen x € 1.000)

2024

2025

2026

2027

2028

Kapitaallasten (kredieten)

-

-

23

45

57

Energiekosten

200

200

200

200

200

Totaal

200

200

223

245

257

9. Onderhoud Kooimanpark (A-niveau)

Bij de heraanleg van het Kooimanpark is het te onderhouden areaal uitgebreid. In het ‘Parkenplan Purmerend 2021-2040’ zijn kaders vastgesteld dat het beheer van de parken na opwaardering op A-niveau plaatsvindt. Door het park goed te onderhouden, wordt het aantrekkelijker voor inwoners om er tijd in door te brengen en er zelf ook op een verantwoorde manier mee om te gaan. Bovendien verlengt goed onderhoud de levensduur van materialen en beplanting in het park. Het budget dat nodig is om het onderhoudsniveau van de verschillende elementen van deze areaaluitbreiding te verhogen naar het in het Parkenplan opgenomen niveau A bedraagt € 105.000. In de huidige begroting is een budget opgenomen van € 35.000. Van het benodigde verschil wordt een deel gedekt doordat de kosten van straatreiniging (2/3) in de afval- en rioolheffing zitten (€ 15.000), zodat er structureel € 55.000 per jaar meer benodigd is.

10. Onderhoud en huur diverse panden ruimte gebrek De Koog

Om aan de groei van de groenploeg invulling te geven, wordt het bedrijfsverzamelgebouw aan de Kwadijkerkoogweg 1C en 1D gehuurd om zodoende ruimte te maken voor werkplekken, stalling voertuigen en een kleed- en schaftruimte. In een eerder stadium zijn er ook panden gehuurd aan de Van IJsendijkstraat 413 en de Nijverheidsweg 9 voor de stalling van voertuigen. Dat de panden gehuurd moeten worden, komt omdat de bouw van de gemeentewerf en milieustraat op de Baanstee-Noord is vertraagd. Om de huurpenningen en het onderhoud te bekostigen, is een bedrag van circa € 130.000 per jaar vereist voor in ieder geval de komende 4 jaar. Daarnaast is in 2024 eenmalig een extra budget nodig om de Kwadijkerkoogweg geschikt te maken voor gebruik als kantoorlocatie. Hierbij gaat het om een bedrag van € 40.000. In het dekkingsplan (onderdeel H) wordt hiervoor voor de jaren 2024 tot en met 2027 incidenteel de algemene reserve ingezet.

11. Kwaliteitstoets van het over te dragen areaal HHNK

Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) beheert ruim 1.400 kilometer wegen buiten de bebouwde kom. Het algemeen bestuur van HHNK heeft in 2015 uitgesproken dat het beheer van wegen geen kerntaak is van het waterschap. HHNK streeft sindsdien naar een overdracht van het wegbeheer aan de gemeenten en provincie Noord-Holland. Vanaf 1 januari 2023 beheert HHNK nog circa 380 km wegen in de 5 Waterlandse gemeenten. De gemeenten Edam-Volendam, Waterland, Wormerland, Landsmeer en Purmerend zijn de laatste gemeenten waar de wegenoverdracht nog moet plaatsvinden. Purmerend heeft in 2019 een intentieovereenkomst getekend met HHNK. Om hier inhoudelijk sturing aan te geven is de Gezamenlijke Uitgangspuntennotitie opgesteld. Hierin staan de basisafspraken van waaruit de businesscase voor de overdracht opgesteld kan worden. Eén van de afspraken betreft de kwaliteit van het over te dragen areaal. De kosten voor dit onderzoek bedragen € 755.000 en wordt in lijn met de afspraak uit de intentieovereenkomst evenredig gedeeld door Purmerend en HHNK. Als blijkt dat het onderhoudsniveau ten tijde van de overdracht niet het afgesproken niveau heeft, zijn de kosten voor verhoging naar dit niveau voor HHNK.

12. Nieuwe deklaag voormalige stortplaats Trimpad (storm Poly)

Als gevolg van storm Poly (5 juli 2023) zijn er op het Trimpad (voormalige stortplaats) bomen omgewaaid. Bij die omgewaaide bomen is de bovenlaag van de voormalige stortplaats aan het oppervlak gekomen. Onderzoek na de storm heeft uitgewezen dat de wettelijk afdeklaag voor een voormalige stortplaats niet meer voldoet aan de wettelijke dikte van een halve meter. Het terrein dient volledig gekapt/gesnoeid te worden en de deklaag dient op de juiste dikte te worden aangebracht. Hiervoor is extra budget nodig. In de Najaarsnota 2023 is de stormschade als gevolg van Poly bijgeraamd. Dit was exclusief de schade aan het Trimpad. Inmiddels is er een plan van aanpak gemaakt, met daarbij een zo goed mogelijke inschatting van de kosten: € 500.000. Er dient nog nader onderzoek gedaan te worden naar loodconcentraties aan de oppervlakte op de stortplaats. Afhankelijk van de uitkomst hiervan is er mogelijk aanvullend budget nodig. In het dekkingsplan (onderdeel H) wordt voor 2024 incidenteel de algemene reserve ingezet.

13. Ecologie
Het bestaande budget voor dierenwelzijn en ecologie wordt vooral besteed aan opvang van zwerfdieren, verzorging van gewonde wilde dieren, bestrijding van ongedierte, het beheren van de ganzenpopulatie (in de stad) en het ruimen van kadavers. Voor de ecologie werd vooral het gemeentebrede ecologisch onderzoek begroot ten behoeve van ontwikkelprojecten om te voldoen aan de Wet natuurbescherming. Voor verdere uitgaven voor ecologie is geen budget. Binnen de gemeente Purmerend heeft de stadsecoloog nog steeds hoofdzakelijk een adviserende rol (en vaak project ondersteunend). De afname in biodiversiteit en het verdwijnen van groen in de gemeente vraagt om een aanpak die verder gaat dan enkel advies. Er zijn inmiddels twee stadsecologen aanwezig, maar zonder werkbudget. Daarom wordt hiervoor een budget van € 100.000 voorgesteld.

14. Bestrijden oneigenlijk gebruik gemeentegrond en verkoop restgroen (formatie 1 fte)

De gemeente Purmerend heeft, net als andere overheden in Nederland, te maken met oneigenlijk gebruik van zijn gronden en water. Dit gebruik kan leiden tot verjaring en daarmee verliest de gemeente waardevol eigendom. Op basis van artikel 160 lid 3 van de Gemeentewet heeft het college van B&W de taak om alles te doen dat nodig is om verjaring of verlies van bezit te voorkomen. Het is nodig om de geconstateerde situaties te formaliseren. Dit kan gebeuren door de grond -indien mogelijk- te verkopen aan de inwoners die de grond van de gemeente in gebruik hebben genomen, of door het gebruik te beëindigen en de grond weer in eigen beheer te nemen. Om inzichtelijk te maken wat hiervoor nodig is en om de geconstateerde situaties van oneigenlijk gebruik op te heffen, is het nodig om deze aanpak structureel vervolg te geven. Dit vraagt om ambtelijke capaciteit. Verwacht wordt dat dit zich door de verkoop van restgroen kan terugverdienen. Voor het opstellen van een plan van aanpak wordt een eenmalig bedrag van € 50.000 gevraagd in 2024. Met dit plan wordt onderzocht wat de mogelijkheden zijn voor de aanpak van oneigenlijk grondgebruik binnen het huidig beleid, zodat de ambtelijke capaciteit (1 fte) direct ingezet kan worden om met de verkoop van restgroen zich minimaal terug te verdienen. Voor nu wordt er gerekend met een klein voordeel voor de begrotingsruimte van circa € 10.000.

15. Toegangssysteem gemeentelijke panden (krediet € 116.500)

Om de medewerkers, eigendommen en informatie van onze organisatie veilig te houden, is het noodzakelijk dat er elektronische toegangssystemen (druppelsysteem) worden geïnstalleerd in alle locaties en gemalen. Met een extra investering van € 116.500 voldoen straks 17 locaties per 2026 aan het gestelde beleid voor fysieke toegang. De kapitaallasten zijn circa € 13.000 vanaf 2027.

16. Inhaalslag WOZ waardering buitengebied

De WOZ afbakening van circa 3.500 objecten dient opnieuw gecontroleerd te worden op de werkelijke situatie en gebruik. Hiervoor zijn extra middelen nodig. Naar verwachting zullen circa 500 objecten na diepgaander onderzoek een hogere WOZ waarde krijgen. Hier staat tegenover dat het zeer aannemelijk is dat tientallen objecten illegaal in gebruik zijn. Dit betekent niet alleen dat diepgaander onderzoek zal leiden tot kostenstijging voor de inwoner, maar ook tot stijging van het aantal handhavingsdossiers. Deze effecten zijn nog niet ingerekend. Voor nu wordt er voor 2 jaar extra capaciteit gevraagd.

17. Openbare orde, Jeugd en veiligheid (formatie 4,55 fte)

Bestendigen verbinding jeugd en veiligheid binnen zorg en veiligheid
De recente geweldsincidenten zoals vuur- en steekgeweld, bedreigingen, afpersing en het hangen van explosieven aan woningen zijn voorbeelden van een veranderende samenleving. We zien dat drugs binnen criminaliteit onder jongeren ook van invloed is. Jongeren komen steeds gemakkelijker in aanraking met drugs. We weten ook dat er risicofactoren zijn die invloed kunnen hebben op het gedrag van jongeren. Samen met vele zorg- en justitiepartners werken we hard aan een domeinoverstijgende aanpak (Landelijke Agenda Zorg en Veiligheid). De afspraken zijn erop gericht om in elke regio een persoons- en systeemgerichte aanpak voor de doelgroep te hebben, met bijbehorende huisvesting, zorg en ondersteuning.

We merken dat we met de huidige capaciteit niet kunnen doen wat nodig is. Enerzijds is dat optreden als de situatie uit de hand dreigt te lopen (of al is gelopen), anderzijds is dat werken aan een samenhangende aanpak. Dit vraagt expertise (kennis van straf- en zorgdomein) binnen de gemeente en in het maatschappelijk veld. Het vraagt begrip voor hoe gedrag is ontstaan, aansluiten bij de ‘taal’ van deze (overlastgevende) jongeren en weten hoe je hen aan kan spreken. Het vraagt ook een stevige samenwerking met partners. Om deze zorgelijke ontwikkeling met jeugd het hoofd te bieden, is naast extra formatie (3 fte) ook communicatiecapaciteit noodzakelijk (0,22 fte). In een later stadium verwachten we dat het beeld van wat structureel nodig is binnen de brede opgave van zorg en veiligheid duidelijk wordt.

Openbare orde en veiligheid
We zien dat het aantal taken binnen integrale veiligheid toe neemt door de groei van de stad, het terugtrekken van politie en nieuwe wetgeving. Helaas neemt ook het aantal incidenten in Purmerend toe. Dat leidt ertoe dat de formatie binnen veiligheid onvoldoende op peil is om alle werkzaamheden uit te voeren. Belangrijke taken als Bibob en coördinatie binnen het veiligheidsdomein blijven nu liggen. Verder zijn er meerdere beleidsterreinen zoals cybercrime/digitale veiligheid, mensenhandel, prostitutie en fysieke veiligheid, waarop, in een gemeente met deze omvang meer inzet wenselijk is. Dit betreft zowel de operationele, als ook de beleidsmatige kant. Door dit capaciteitsprobleem is er voor de twee strategische adviseurs te weinig tijd om de benodigde visie- en beleidsdocumenten op te stellen en is de kwetsbaarheid groot. Op meerdere onderwerpen is geen achtervang beschikbaar. Om deze problemen het hoofd te bieden is naast extra formatie (1 fte) ook communicatiecapaciteit benodigd (0, 33 fte).

18. WOO-formatie en anonimiseringstool (formatie 1 fte)

Sinds 1 mei 2022 is de Wet open overheid (Woo) ingevoerd. De wet is bedoeld om de overheid transparanter te maken en zo het belang van openbaarheid van publieke informatie beter te bedienen. De Woo maakt toegang tot publieke informatie expliciet tot een recht van inwoners. De Woo raakt in de uitvoering alle domeinen binnen onze organisatie, wat op gezette tijden inzet vraagt vanuit proceseigenaren, juristen, informatiemanagement en -beheer om tot een goed lopend proces te komen. Voor de verdere ontwikkeling en implementatie van de (groeiende) Woo in onze organisatie is een uitbreiding van 1 fte nodig. Het groeiende aantal verzoeken maakt dat er een Woo-ondersteuner nodig is. Deze persoon moet er voor zorgen dat het contact met de verzoeker goed verloopt, de voortgang in de afhandeling van lopende verzoeken bewaken en een regieslag maken op informatie die niet openbaar mag worden (o.a. bedrijfsgeheimen, bijzondere persoonsgegevens, beleidsopvattingen). Daarnaast is de aanschaf van een anonimiseringstool nodig om het vele handmatige ‘weglakwerk’ te minimaliseren en daarmee efficiënter te kunnen werken. De eenmalige aanschaf bedraagt € 10.000, die daarmee onder de investeringsgrens van € 50.000 blijft. Verder is er voor beheer, service en licenties jaarlijks € 20.000 benodigd.

19. Hervormingsagenda jeugdzorg

Met het afsluiten van de Hervormingsagenda zijn de aanvullende middelen voor de jaren 2024 en 2025 toegevoegd aan het gemeentefonds. Hiermee is de stelpost in de begroting voor 2025 komen te vervallen. Nu blijkt dat ook voor de beoogde lagere uitgaven, die bij niet realiseren geheel voor rekening komen van het Rijk, een aparte stelpost mag worden opgenomen. Als het Rijk geen beleidsmaatregelen treft in de jeugdzorg voor 2025 dan valt het bedrag in zijn geheel vrij ten gunste van het gemeentefonds. Voor 2025 is het aandeel voor Purmerend meegenomen in deze Voorjaarsnota. Vanaf 2026 is er in de begroting een reservering opgenomen van € 3,7 miljoen in afwachting van de aanvullende middelen vanuit het Rijk.

20. Dividend en risicoprovisie Stadsverwarming Purmerend (SVP)

SVP heeft een nieuwe prognose aangeleverd waaruit de financieringsbehoefte en de bijbehorende investeringsdoelen blijken voor de periode juli 2023 tot en met juni 2026. De gemeente ontvangt voor de borgstellingen regulier een risicoprovisie van 1% van de hoofdsom. Dit is vastgelegd in de aandeelhoudersovereenkomst en is in 2020 extern getoetst en daarbij als marktconform aangemerkt. Hiervoor kan de begroting met € 150.000 structureel worden bijgesteld.

Op 2 februari 2024 heeft het college de gemeenteraad ingelicht over het begrote resultaat 2024 bij stadsverwarming (SVP) (raadsbrief: 1593233). Het college heeft besloten om, vanwege het versterken van het eigen vermogen van het bedrijf, voor 2024 eenmalig af te wijken van het eerder door de aandeelhouder vastgestelde dividendbeleid. Afgesproken is dat 50% van het jaarresultaat 2024 tot een maximum van € 700.000 als dividend wordt uitgekeerd. Met deze nieuwe informatie van SVP over het verwachte resultaat, houden wij in deze Voorjaarsnota rekening met het ontvangen van € 350.000 aan dividend in 2025. Dit is de helft van de huidige raming en dat wordt in de begroting aangepast.

E. Indexeringen

E.

Uitgangspunten en indexering (bedragen x 1.000)

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1

OVA indexering contracten Jeugdzorg en WMO

02. Samenleving

-1.233

-1.280

-1.323

-1.376

-1.431

S

2

Indexering exploitatiebudgetten

02. Samenleving

-1.363

-2.268

-2.425

-2.509

-2.577

S

3

Indexering reguliere subsidies

02. Samenleving

-

-391

-521

-532

-545

S

4

Extra kosten exploitatie Spurd

02. Samenleving

-664

-681

-698

-715

-733

S

5

Indexering budget GGD Zaanstreek-Waterland

02. Samenleving

-226

-236

-681

-802

-805

S

6

Stelpost LPO

Overzicht alg. dekkingsmiddelen

2.859

3.601

4.503

5.472

5.630

S

Totaal uitgangspunten en indexering

-627

-1.254

-1.145

-462

-462

De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de Rijksuitgaven. Via de Normeringssystematiek van ‘samen de trap op en samen de trap af’ hebben wijzigingen in de Rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. Hierop wordt het gemeentefonds aangepast (ook wel het accres genoemd). Sinds de meicirculaire 2022 is het accres gesplitst in een volume- en een nominaal deel. Het Rijk en de VNG zijn overeengekomen dat het volume accres voor de jaren 2022 tot en met 2025 wordt bevroren op de stand van de meicirculaire 2022. In de programmabegroting 2024 is invulling gegeven aan het begrotingsadvies van de VNG om bewust tekorten te laten zien vanaf 2026 door een realistische begroting op te stellen. Hiermee is de stelpost loon- en prijsontwikkeling (LPO) naar het gewenste niveau gebracht voor de jaren 2024-2027. In deze Voorjaarsnota worden de claims ten laste van deze reservering aan de raad ter besluitvorming voorgelegd.

1. OVA indexeringen contracten jeugdzorg en WMO

De gecontracteerde zorg Jeugd en Wmo is gekoppeld aan de OVA index. OVA staat voor de Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling. Deze index is in 2024 voor 4,00% opgenomen in de begroting, maar komt op 6,49 % uit. Dit verschil van 2,49% komt extra ten laste van 2024 en verder.

2. Indexering exploitatiebudgetten

Bij de budgetten voor facilitair (onderdelen post, catering, schoonmaak en kantoorinventaris), de kinderboerderij en de Purmaryn hebben we te maken met een stijging van de kosten. Gevraagd wordt om bijraming van deze budgetten om de inflatie te corrigeren. Daarnaast hebben werkgevers en vakbonden een akkoord gesloten voor een nieuwe CAO vanaf 1 januari 2024. Deze CAO geldt tot en met 31 maart 2025. Het effect van deze CAO is uitgerekend ten opzichte van wat reeds in de begroting was opgenomen. Gevraagd wordt om bijraming van de personele budgetten.

3. Indexatie van reguliere subsidies

Maatschappelijke partners worden geconfronteerd met stijgende energielasten, gestegen huurlasten door de hoge indexaties en ook met gestegen loonkosten door nieuwe CAO-afspraken. Het indexatiepercentage in de begroting 2023 voor gesubsidieerde instellingen is op grond van de Programmabegroting 2024 2,5% wat in het licht van de huidige ontwikkelingen te laag is. Voor deze Voorjaarsnota is het generieke indexatie percentage op reguliere subsidies op basis van de eerder gebruikte systematiek herberekend. Dit betekent dat er aanvullend 1,24 % subsidieruimte wordt opgenomen. Hierdoor ontstaat meer financiële ruimte in de begroting voor de subsidie partijen die dat nodig hebben.

4. Extra kosten exploitatie Spurd

Voor de uitvoering van haar taken heeft Spurd een subsidieaanvraag gedaan voor 2024. De door Spurd ingediende aanvraag is hoger dan eerder begroot door de gemeente. Na meerdere overleggen tussen Spurd en gemeente, waarin kritisch is gekeken naar de aanvraag, is het nodig om de gestegen exploitatiekosten (resultaat van stijging energie-, personeels- en huurlasten) te vergoeden zodat Spurd haar taken goed kan blijven uitvoeren. Voor 2024 betreft dit een bedrag van € 664.129. Voor de jaren daarna wordt een jaarlijkse verhoging aangehouden van 2,5%. Met name de gestegen energielasten zijn van invloed op de gestegen exploitatielasten van Spurd. Vanwege deze forse stijging in de energielasten is met Spurd afgesproken te kijken hoe de panden op korte termijn kunnen worden verduurzaamd.

5. GGD Zaanstreek-Waterland

Binnen de GGD zien we diverse ontwikkelingen die leiden tot een bijstelling. Deze ontwikkelingen zijn als volgt opgebouwd:

  • Bijraming deelnemersbijdrage basispakket (o.a. huisvesting ‘samen sterker’, nadelig herverdeeleffect JGZ, CAO, stoppen impulsgelden na 2025 en overig);

  • Veilig thuis (CAO);

  • Inspecties kinderopvang (kostprijzen, kostendekkendheid en CAO).

Voor de bijdrage van Purmerend wordt gevraagd akkoord te gaan met de structurele ophoging van het GGD budget voor de deelnemersbijdrage van het basispakket, Veilig thuis en de inspecties kinderopvang van ruim € 0,2 miljoen vanaf 2024 oplopend naar ruim € 0,8 miljoen in 2028.

6. Dekking uit stelpost loon- en prijsontwikkeling (LPO)

Voorgaande onderdelen kunnen niet volledig worden gedekt uit de beschikbare ruimte op de stelpost LPO, waardoor de begrotingsruimte moet worden aangesproken. Hiermee is de stelpost voor alle jaren volledig ingezet en nihil. Mogelijk dat de meicirculaire 2024 op dit onderdeel nog enige aanvullende ruimte biedt, zodat de stelpost op niveau kan worden gebracht voor toekomstige ontwikkelingen.

F. Groei van de gemeente (formatie)

F.

Groei van de gemeente (formatie) (bedrag x € 1.000)

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1

Uitbreiding secretaris Bezwaar en beroep incl. beheerslasten (0,5 fte)

01. Publiekdiensten

-25

-126

-128

-49

-49

S

2

Netwerkregisseur verkeer

05. Bereikbaarheid

-

-115

-118

-122

-125

S

3

Programmateam Mobiliteit

05. Bereikbaarheid

-

-63

-119

-123

-127

S

4

Dekking overhead door groei investeringen

Overzicht overhead

-

500

500

500

500

S

5

Digitalisering ICT/IV (5 fte)

Overzicht overhead

-273

-572

-588

-604

-622

S

6

Werkgeversmaatregelen aantrekkelijk werkgeverschap (collegebesluit 1590530)

Overzicht overhead

-

-300

-300

-300

-300

S

7

Dekking groei van de stad (stelpost in de begroting)

Overzicht alg. dekkingsmiddelen

-

738

738

738

738

S

Totaal groei van de gemeente

-297

62

-15

40

15

In de programmabegroting 2024 is een stelpost organisatie groei van de gemeente opgenomen (regel F7). Purmerend groeit en daarmee ook de opgave van de organisatie.

1. Bezwaar en beroep (formatie 0,5 fte)

De afgelopen jaren is er een toenemende druk van bezwaar- en beroepsschriften. Met de komst van de Omgevingswet zullen meer grote bouwprojecten via vergunningprocedures verlopen waartegen bezwaar en beroep openstaan. Ondanks een zorgvuldige afweging in het participatietraject leert de ervaring dat tegen grote bouwprojecten altijd weerstand is vanuit de omgeving. De toename in aantallen betekent een groei in het werk, daarmee is meer bezetting nodig. Deze formatie uitbreiding (0,5 fte) kan worden gedekt uit de stelpost groei van de stad.

2. Netwerkregisseur verkeer (formatie 1 fte)

De vele bouwwerkzaamheden (o.a. woningbouw) in combinatie met ook noodzakelijke werkzaamheden aan het wegennet (o.a. onderhoud, maar ook herinrichting) en (grotere) evenementen hebben invloed op de dagelijkse bereikbaarheid van de stad. Om op strategisch en tactisch niveau te kunnen sturen is het noodzakelijk om invulling te geven aan deze rol. Deze formatie uitbreiding (1 fte) kan worden gedekt uit de stelpost groei van de stad.

3. Mobiliteitsplan

In 2022 is het Mobiliteitsplan Purmerend (inclusief uitvoeringsprogramma) opgesteld en vastgesteld door de gemeenteraad. Het doel van dit omgevingsplan is om de bereikbaarheid van de stad te kunnen blijven waarborgen tijdens de groei van de stad. Het bevat circa 40 projecten die de komende jaren tot uitvoering komen. In de Voorjaarsnota 2023 en de Programmabegroting 2024 is er budget beschikbaar gesteld voor de invulling van een programmateam (o.a. een programmamanager inclusief cluster coördinerende taken en enkele ondersteunende functies; o.a. communicatie, planning, financiën). Het programmateam is nog niet volledig ingevuld, wat heeft geleid tot vertragingen. Om verdere vertragingen van de uitvoering van de benodigde mobiliteitsmaatregelen te voorkomen wordt voorgesteld om het programmateam structureel uit te breiden door inhuur van een programma- en projectmanager. Dekking komt uit de bijdrage van de vervoersregio Amsterdam, tijdschrijven op investeringen en de stelpost groei van de stad.

4/5. Digitalisering ICT/IV en dekking overhead door groei investeringen

De verdere groei van de digitalisering blijft toenemen. De digitale samenleving verandert mee en de ontwikkelingen en wetgevingen volgen elkaar snel op. Dit betekent dat we serieuze stappen moeten zetten in onze ontwikkeling naar een open en transparante overheid, waarbinnen de informatiehuishouding op orde is en de digitalisering aan de voorkant komt van onze beleidsvorming. Deels kan dit worden gedekt vanuit de toerekening van overhead door tijdschrijven op investeringen. Het restant komt uit de stelpost groei van de stad.

6. Werkgeversmaatregelen woon-werkverkeer

In november 2023 heeft het college een besluit genomen (1590530) over maatregelen die nodig zijn om als werkgever aantrekkelijk, duurzaam en bereikbaar te blijven. De aanhoudende arbeidsmarktkrapte in combinatie met het hoge aantal vacatures is een belangrijke aanleiding. De extra kosten van deze maatregelen kunnen voor 2024 worden opgelost binnen de vacatureruimte en vanaf 2025 uit de stelpost groei van de stad.

G. Investeringsagenda

In de Investeringsagenda worden uitbreidingsinvesteringen in beeld gebracht nodig voor de groei van de gemeente. In de begroting is een stelpost opgenomen om jaarlijks een voorstel aan de raad te doen voor groei gerelateerde investeringen. Ook in deze Voorjaarsnota zitten concrete voorstellen voor de Investeringsagenda jaarschijf 2025. De criteria voor het jaarlijkse voorstel is dat het uitbreidingsinvesteringen betreft die zijn benoemd in de investeringsagenda, de middelen nodig zijn om te starten met de investeringen danwel borging van cofinanciering verkregen voor ruimtelijke ontwikkelingen in onze gemeente.

G.

Invulling investeringsagenda (bedragen x € 1.000)

Krediet

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1

Actualisering IHP (inclusief raadsbesluit 1592629 tijdelijke sporthal de Koog)

5.538

02. Samenleving

-

-193

-586

-363

-318

S

2

Uitbreiding sporthal Karekietpark

908

02. Samenleving

-

-

-

-

-30

S

3

Uitbreiding Werf/milieustraat

7.530

04. Milieu

-

-

-

-

-175

S

4

Fietsnetwerk 2025

500

05. Bereikbaarheid

-

-

-26

-26

-25

S

5

Doorfietsroutes Purmerend-Zaanstad-Hoorn

900

05. Bereikbaarheid

-

-

-

-47

-47

S

6

Grondkosten mobiliteitshub Beatrixplein

1.905

05. Bereikbaarheid

-

-

-24

-24

-24

S

7

Transformatie Purmersteenweg naar Stadsboulevard

4.107

05. Bereikbaarheid

-

-

-

-

-122

S

8

Herontwikkeling Kalversteeg 1

5.200

07. Ruintelijke ordening

-

-

-

-

-

S

9

Beschikbaar in jaarschijf

Overzicht alg. dekkingsmiddelen

-

-

925

925

925

S

Totaal investeringsagenda

26.588

-

-193

290

465

184

Daar waar er vorig jaar een groter beroep op de stelpost investeringsagenda werd gedaan, is deze dit jaar lager dan de beschikbare ruimte zodat deze een bijdrage kan leveren aan het negatieve begrotingssaldo.

1. Actualisatie Integraal HuisvestingsPlan (IHP, krediet € 5.538.109)

Toekomstige ontwikkelingen binnen onze gemeente (o.a. groei aantal woningen en inwoners, demografische ontwikkelingen, vorming Integrale kindcentra (IKC), bewegingsonderwijs en duurzaamheid) hebben invloed op het leerlingenaantal en daarmee de onderwijshuisvesting. Het huidige IHP is op dit moment in uitvoering en wordt bij deze Voorjaarsnota integraal geactualiseerd. Hieronder worden deze per onderdeel toegelicht:

OBS de Delta en de Waterlandschool
In het IHP zijn de projecten OBS Wheermolen, De Vlieger en de Lourdesschool uit de 1e fase inmiddels afgerond. De schoolbesturen willen de projecten nieuwbouw Delta in de Purmer Zuid en de Waterlandschool in De Gors (uit de 2e fase) gaan voorbereiden. Daarom worden deze kredieten geactualiseerd naar de huidige leerlingenprognoses en zodanig gefaseerd dat in 2024 de voorbereidingsbudgetten aan de schoolbesturen ter beschikking kunnen worden gesteld. Ook worden hiervoor sloopkosten geraamd.

  • De Delta wordt een grotere school. Er wordt gebouwd op de leerlingenprognose van 322 leerlingen. En er komt kinderopvang. De benodigde bijraming is € 3.255.596. Voor de nieuwbouw is ook tijdelijke huisvesting nodig. Ook die wordt geraamd.

  • De Waterlandschool wordt naar verwachting vernieuwbouw. Het krediet onderwijs wordt aangepast aan de laatste leerlingenprognoses (255). De kredieten kinderopvang worden geraamd op 22% van de onderwijsinvestering (ervaringsgetal). Het bestaande krediet kan worden verlaagd met € 292.251.

Montessorischool Purmerend
In het IHP is voor de Montessorischool een uitbreiding geraamd. Duidelijk is geworden dat dit niet mogelijk is op de kavel en onverstandig gelet op de leeftijd van het gebouw. Om die reden wordt voor de Montessorischool sloop/nieuwbouw voorgesteld. De voorbereiding moet nog starten zodat precieze uitwerking nog niet duidelijk is. Meegenomen is de afboeking van de beperkte restant boekwaarde. Er wordt geraamd op de leerlingenprognose van 280 leerlingen. En er komt kinderopvang. De benodigde bijraming is € 3.554.556. Voor de nieuwbouw is ook tijdelijke huisvesting nodig. Ook die wordt geraamd.

Tijdelijke sporthal de Koog
In het raadsbesluit (1592629) over de tijdelijke sporthal De Koog is besloten om het krediet van de 2 gymzalen PSG af te ramen en die voor de tijdelijke sporthal de Koog op te ramen. Per saldo is de aframing € 1.456.050. Voor de tijdelijke sporthal is een netto krediet van € 1.900.000 aangevraagd. In de bijgevoegde begrotingswijziging is deze geraamd op € 2.299.000 (bruto) met een rijksbijdrage voor de BTW.

Integraal Kind Centrum (IKC) Middenbeemster
In de berekening van het krediet IKC Middenbeemster zijn de indexaties niet helemaal juist verwerkt. Daarom is een kleine correctie nodig van in totaliteit € 51.720.

Grondkosten en BTW De Klimop, 2e school Zuidoostbeemster en sporthal Karekietpark
De kredieten voor grondkosten van De Klimop, 2e school Zuidoostbeemster en sporthal Karekietpark worden met 7,6% verhoogd vanwege de nieuwe grondprijzenbrief. Het krediet voor het IKC Middenbeemster in De Keyser wordt geactualiseerd voor BTW. Dit betekent een bijraming van € 424.538.

Het gevraagde extra krediet van € 5.338.109 is als volgt gespecificeerd:

Omschrijving krediet (bedragen x € 1.000)

Krediet
bedrag

Jaar van investering

OBS De Delta inclusief kinderopvang

3.256

2024 tm 2027

Waterlandschool inclusief kinderopvang

- 292

2027

Montessorischool Purmerend inclusief kinderopvang

3.555

2024 tm 2027

Tijdelijke sporthal de Koog

- 1.456

2024 en 2025

Integraal Kind Centrum (IKC) Middenbeemster

52

2026

Grondprijzen: De Klimop, 2e school Zuidoostbeemster, sporthal Karekietpark,
BTW: IKC Middenbeemster

425

2024

Totaal

5.338

2. Uitbreiding sporthal Karekietpark (krediet € 908.000)

Op dit moment wordt gewerkt aan de voorbereiding van de 1e fase van de gebiedsontwikkeling in het Karekietpark. De 1e fase bestaat uit nieuwbouw van de Klim-op en de sporthal. Voor de sporthal is gekozen voor een XL variant. Daarvoor is krediet beschikbaar gesteld. Deze variant is nader uitgewerkt in een ruimte- en massastudie. Op basis van deze studie is een nieuwe bouwkostencalculatie gedaan. Er is een bijraming van € 908.000 nodig.

3. Nieuwbouw werf/Milieustraat (krediet € 7.530.000)

In september 2021 heeft de gemeenteraad ingestemd met het schetsontwerp van de basisvariant voor de nieuwe gemeentewerf en milieustraat op Baanstee Noord en hiervoor een investeringskrediet van€ 18.890.000 beschikbaar gesteld. In de corona jaren heeft het vervolg vertraging opgelopen. Inmiddels is een voorlopig ontwerp met een concrete raming gereed. Op dit voorlopig ontwerp is -ondanks doorgevoerde bezuinigingen- een tekort zichtbaar ten opzichte van het beschikbare krediet. De oorzaken hiervan zijn:

  • Stijging bouwkosten: € 4,0 miljoen

  • Hogere aansluitkosten en onvoorzien: € 0,7 miljoen

  • Vervanging meubilair en extra inrichting: € 1,5 miljoen

  • Ophoging basisprijs per m2: € 1,3 miljoen (basis m2 prijs schetsontwerp te laag)

Om het voorlopig ontwerp uit te werken in een definitief ontwerp (DO) is vaststelling van een nieuw financieel kader nodig. In de DO fase wordt ook de business case uit 2020 geactualiseerd. Dan wordt ook duidelijk welk deel gedekt wordt uit de afvalstoffenheffing en het rioolrecht.

4. Fietsnetwerk 2025 (krediet € 500.000)

De gemeenteraad heeft in 2015 een budget van € 1 miljoen vrijgegeven om het fietsnetwerk in de gemeente Purmerend te verbeteren. Primair is dit budget beschikbaar gesteld om fietspaden die voorzien zijn van tegelverharding om te zetten naar geasfalteerde fietspaden. Een belangrijke reden hiervoor is om het comfort en veiligheid van de fietser te verbeteren. Hiermee stimuleren we het fietsgebruik als alternatief voor de auto.

In 2014 is een overzicht opgesteld van 38 fietspaden die we om willen zetten van tegelverharding naar asfaltverharding. Het beschikbaar gestelde budget was ontoereikend om alle projecten te realiseren. Tot en met 2022 hebben we de projecten opgepakt die de hoogste prioriteit hadden voor de fietsers in combinatie met meekoppelkansen vanuit beheer en onderhoudsprojecten. De projecten zijn aangevuld met financiering door de Vervoerregio Amsterdam

Vanuit de overgebleven projecten is een aantal opgenomen in reeds overkoepelende ontwikkel en/of beheerprojecten. De overgebleven solitaire projecten bestaan uit 9 fietspaden waarvan de totale realisatiekosten circa € 1.760.00 bedragen. Deze projecten zijn verdeeld over een realisatietermijn van 4 jaar tussen 2024 en 2028. Onder deze 9 projecten vallen onder andere de fietspaden langs de Churchillaan, Koogsingel en de Linneauslaan. Voor de exacte volgorde van realisatie vindt nog afstemming plaats m.b.t. de beheersopgave en omliggende projecten. Voor de eerste fase wordt een krediet van € 500.000 gevraagd, bestaande uit € 100.000 voorbereidingskosten in 2024 en 400.000 realisatiekosten in 2025. Gerekend wordt met een bijdrage Vervoerregio Amsterdam van € 100.000. Afhankelijk van de snelheid van realisatie zal de komende 3-4 jaren nog Fietsnetwerk aanvragen aan de raad worden voorgelegd via de Investeringsagenda.

5. Doorfietsroutes Purmerend-Zaanstad-Hoorn (krediet € 900.000)

In het kader van de Bestuurlijke Overeenkomst MIRT-Verkenning Corridor Amsterdam-Hoorn van 20 november 2019 zijn maatregelen opgenomen ter verbetering van het fietsnetwerk ten behoeve van het woon werk verkeer. Daarin zijn 2 maatregelen opgenomen die voor Purmerend van toepassing zijn:

  • Verbeteren van de fietsroute tussen Purmerend en Hoorn tot op het niveau van regionale fietsroute;

  • Verbeteren van de fietsroute tussen Purmerend en Zaanstad tot op het niveau van een metropolitane (snel)fietsroute.

Op dit moment wordt de studie naar deze doorfietsroutes in opdracht van de Vervoerregio Amsterdam uitgevoerd. Deze is over een paar maanden gereed. Dit levert (VO) ontwerptekeningen met kostenramingen op. Na besluitvorming moeten de komende jaren (delen van de) doorfietroutes worden uitgevoerd.

Purmerend heeft zich in 2019 gecommitteerd tot een bijdrage van € 650.000. De dekking hiertoe was opgenomen in de grondexploitatie Kop West. Omdat de grondexploitatie in 2024 wordt afgesloten, is het bedrag in de grondexploitatie vervallen en is het voorstel de bijdrage op te nemen in de Investeringsagenda. De afspraak uit 2019 is dat de bijdrage wordt gecorrigeerd met de Grond-, weg- en waterbouw index (GWW-index). Om die reden wordt een krediet van € 900.000 gevraagd.

6. Grondkosten Mobiliteitshub Beatrixplein (krediet € 1.905.000)

U heeft in de Voorjaarsnota 2023 het krediet voor de mobiliteitshub Beatrixplein vastgesteld. In de vorig jaar vastgestelde grondexploitatie Waterlandkwartier is de levering van de grond voor de mobiliteitshub als opbrengst opgenomen. U wordt gevraagd ook een krediet voor de grondkosten van de mobiliteitshub beschikbaar te stellen. De kosten van de mobiliteitshub worden deels bekostigd uit de Rijkssubsidie en deels uit de parkeergelden (reserve parkeren).

7. Transformatie Purmersteenweg naar Stadsboulevard (krediet € 4.107.000)

In december 2023 heeft het ministerie Infrastructuur en Waterstaat de gemeente een specifieke uitkering verstrekt ter grootte van € 15,0 miljoen exclusief BTW in het kader van de regeling Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur. Het geld komt uit de reservering van € 7,5 miljard in het regeerakkoord en moet ervoor zorgen dat infrastructurele maatregelen bijdragen aan de versnelling van de woningbouw. Voor Purmerend is de uitkering toegekend voor: a) de aanpassing van 4 kruispunten t.b.v. doorstroming van HOV (R-net), b) de realisatie van de mobiliteitshub Beatrixplein en c) de herinrichting van de hoofdroute in het Centrumgebied (van de Waterlandlaan tot en met de Gedempte Where). De uitkering betreft een cofinanciering van 65%. De overige 35% is voor rekening van de gemeente Vorig jaar is voor de maatregelen a en b krediet vastgesteld in de investeringsagenda 2024. Thans wordt de raad gevraagd ook het krediet voor het eerste deel van c) te voteren om de voorbereidingen te kunnen starten. De planstudie voor de herinrichting van de hoofdroute is inmiddels uitgezet. De verwachting is dat de werkzaamheden van de 1e fase (Purmersteenweg) in 2027 zijn afgerond zodat de kapitaallasten vanaf 2028 in de begroting komen.

8. Herontwikkeling Kalversteeg 1 (krediet € 5.200.000)

Eind vorig jaar hebben wij u geïnformeerd over initiatief van het Horizon college en twee investeerders voor het voormalig ABN AMRO-pand Kalversteeg 1. Gezamenlijk willen zij een plek realiseren, waar leerlingen vanuit het ROC straks werkervaring op kunnen doen. Dat willen zij doen door op de verdiepingen een hotel te vestigen en in de plint een combinatie van bijvoorbeeld horeca, fietsverhuur en een andere activiteiten met de focus op gebruik door en voor jongeren. Het college is van mening dat hiermee een passende invulling is gevonden die aansluit bij het programma Binnenstad. Om dit te kunnen realiseren is op basis van de nu beschikbare eerste raming een krediet nodig van € 5.200.000 voor het gemeentelijk deel. Hoewel de definitieve verdeling van de verbouwingskosten alsmede de verbouwingsplannen en businesscase nog niet definitief zijn, wordt uw raad toch gevraagd het krediet beschikbaar te stellen. Dit om in aanmerking te komen (borging cofinanciering) voor een subsidie Impuls aanpak winkelgebieden voor een deel van deze investering. Op het moment dat de verbouwingsplannen en businesscase gereed zijn en een huurovereenkomst gesloten kan worden gesloten, komt het college bij u terug.

9. Beschikbaar in jaarschijf

De kapitaallasten van de gevraagde kredieten worden voor de jaren 2026 en verder gedekt uit de stelpost investeringsagenda. Voor de jaarschijf 2025 was hier geen ruimte meer voor en komt de dekking uit de begrotingsruimte.

H. Dekkingsplan

H.

Dekkingsplan (bedragen x € 1.000)

Programma

2024

2025

2026

2027

2028

I/S

1

Onderuitputting kapitaallasten (investeringen/capaciteit)

Diverse programma's

-

400

400

275

275

S

2

Verminderen externe inhuur

Diverse programma's

-

300

300

300

300

S

3

Winst De Beemster Compagnie

Overzicht alg. dekkingsmiddelen

1.020

1.020

1.020

1.020

-

I

4

Inzet buffer algemene uitkering gevormd programmabegroting 2024

Reservemutaties

-

-

9.000

-

-

I

5

Inzet algemene reserve 2026

Reservemutaties

-

-

3.000

-

-

I

6

Inzet algemene reserve onderhoud en huur diverse panden ruimte gebrek de Koog

Reservemutaties

170

132

134

136

-

I

7

Inzet algemene reserve nieuwe deklaag voormalige stortplaats Trimpad (storm Poly)

Reservemutaties

500

-

-

-

-

I

Totaal dekkingsplan

1.690

1.852

13.854

1.731

575

1. Onderuitputting kapitaallasten (investeringen/capaciteit)

In de praktijk blijkt dat een deel van de investeringen in de begroting niet tot besteding komt in het jaar waarin de uitgaven begroot zijn. Dit wordt onderuitputting genoemd. In Purmerend zien we de laatste jaren dat de ambities qua planning niet worden gerealiseerd onder andere doordat er sprake is van capaciteitsgebrek of ruimtelijke procedures. Op basis hiervan hebben we een inschatting gemaakt welke kredieten en kapitaallasten kunnen worden doorgeschoven. De stelpost voor vertraagde investeringen wordt nu opgehoogd: € 0,4 miljoen voor de jaren 2025 en 2026 en bijna € 0,3 miljoen voor de jaren 2027 en 2028. Hierbij is rekening gehouden met een gemiddelde afschrijvingstermijn van 30 jaar en een onderuitputting van € 12 miljoen.

2. Verminderen externe inhuur

Het percentage van personeel dat extern wordt ingehuurd, neemt toe. Externe ingehuurd personeel is duurder dan vast personeel, bovendien wordt er door externe inhuur geen eigen ervaring en kennis binnen de organisatie opgebouwd. Door het verminderen van externe inhuur wordt een structureel voordeel van € 0,3 miljoen verwacht. De verwachting is dat een taakstelling op externe inhuur naast een besparing een efficiëntie verbetering van de ambtelijk organisatie zal opleveren.

3. Winst de Beemster Compagnie

De Beemster Compagnie is een V.O.F. waarbij zowel de gemeente als BPD Ontwikkeling 50% eigenaar is. Ook winsten en verliezen worden in deze verdeling genomen. De gemeente mag deze winsten pas nemen als er in de vennotenvergadering besloten is tot uitkering. Deze winstuitkering is de komende jaren aan de orde. De grondexploitatie Nieuwe Tuinderij Oost wordt afgesloten en ook De Keyser is bezig met de laatste deelgebieden. De opgenomen raming is op basis van de inschatting van het eindresultaat van de grondexploitaties van de Beemster Compagnie, zoals opgenomen in de toelichting van de jaarrekening 2023.

4/5. Inzet bufferbudget ravijnjaar 2026/algemene reserve

In de meicirculaire 2023 is vanuit de incidentele middelen een reservering gemaakt van € 9 miljoen met het oog op het tekort van 2026 dat het Rijk ongedekt heeft gelaten. Hiervoor is in de Programmabegroting 2024 voor 2024 € 2 miljoen, 2025 € 4 miljoen en in 2026 € 3 miljoen gereserveerd en incidenteel toegevoegd aan de algemene reserve. Voorgesteld wordt om het tekort in 2026 te dekken door de inzet van dit bufferbudget van € 9 miljoen met aanvullend incidenteel € 3 miljoen uit de algemene reserve. Hiermee komt het begrotingssaldo in 2026 uit op een plus van € 43.000, zodat een jaar tijd wordt gekocht voor de toekomstscenario's.

De onderdelen 6 en 7 zijn al toegelicht in de autonome ontwikkelingen (onderdeel D, regel 10 en 12).